Wat is esotherie?

Het Griekse woord ESO of EISO betekent ”naar binnen gekeerd zijn”. Esoth­erie is dus een leer of methode waarbij de mens zich tot in de diepste diepte van zijn zelf kan verkennen en leren kennen. De methode van onderzoek wijkt op een aantal punten af van de methoden die we in andere vormen van “wetenschap” tegenkomen. Het terrein van de Esotherie ligt in de mens zelf besloten: zijn ego(’s), zijn Geest, zijn ziel, zijn Goddelijke vonk of de verbondenheid met AL DAT IS. Het zit in ieder mens en is er actief. Meetap­paratuur en statistisch onderzoek laten ons hier in de steek. Hier moet ieder mens het zelf doen, ieder kan het bewijs, in directe zin, slechts voor zichzelf leveren, niet voor an­deren.

Het terrein van de Esotherie beslaat veel meer dan ons aardse stoffelijke bestaan. Tot ver over de grenzen van het leven op aarde kunnen we onze blikken laten reiken als we ons bewustzijn daartoe weten open te stellen.


Binnen de Esotherie onderscheiden we een aantal natuurwetten. De bekendste hiervan zijn de wetten van oorzaak en gevolg, de wet van KARMA. Daarnaast wijst de Eso­therie de weg terug naar de wedergeboorte en reïncarnatie, met de daarbij geldende wetma­tigheden, zoals dat eens een algemeen aan­vaard begrip was. Van belang is dat de ziel haar contact met het universum hervindt. De Esotherie speelt hierin een belangrijke rol.


De esotherist

In deze tijd is de Esotherie opgesplitst in talrijke deelgebieden waaronder de Astrologie, de Kabbalah, de Tarot enz. Wanneer men al deze deelgebieden niet bij elkaar houdt als een geheel, kan men eigenlijk niet spreken van Esotherie in haar werkelijke hoedanigheid doch slechts van onderdeeltjes daaruit. De ware Esotherist kenmerkt zich door met hart en ziel achter het eigen gekozen doel te gaan staan n.l. eigen evolutie. Dit betekent dat men bij aanvang moet begrijpen dat men van onderaf de totale inhoud van de Esotherie gaat volgen met standvastigheid en doorzettingsvermogen van de eigen wil en vermogens.

De mens die slechts delen uit de Esotherie neemt verbrokkelt zichzelf slechts.


In vroegere tijden werden voor de toelating tot het genootschap, broederschap of leefgemeenschap bepaalde eisen gesteld. Ook thans kunnen wij niet van een serieuze opleiding spreken wanneer oude waar­den zondermeer over boord gegooid zouden worden.

Wij zijn een Esseense Orde/Genootschap, die in deze tijd naar buiten zijn getreden; een tijd waarin steeds gesproken en gedoeld wordt op een ommekeer in het jaar 2000. Op zich is dit al een rechtvaardiging voor het zich opnieuw groeperen en naar buiten treden in de vorm van een vervolgboodschap van de Essenen en aldus een gericht-zijn op de komende tijden.

Van belang hierbij is dat de Essenen gericht zijn op innerlijke ontplooiing, waarbij de moraal van innerlijke beschaving praktisch naar buiten treedt in de vorm van verantwoordelijkheid, naastenliefde en daadkracht.


In oude tijden moest men op een gegeven moment herkenbaar naar buiten treden en wel onder andere door kleding: een ruwe witte pij en gordel; hetwelk later door de monnikenorden is overgenomen. Ook de woon- en werksituatie lag in die tijd anders dan nu. Men stond al zijn be­zittingen af, of het tegendeel in een of andere waardevorm. De gemeen­schap leefde in sterke harmonie met de natuur. In de huidige leefsituatie is dit tot de onmogelijkheden gaan behoren. Wij leven in steden van be-ton en asfalt en zullen ons, wat betreft de oude normen en waarden aan­gaande Essenen, aan moeten passen aan de omstandigheden. In die tijd stelde men als eis, dat men drie proefjaren in de gemeenschap leefde, al­vorens men werd toegelaten tot de Ingewijde Leer. Als Essenen nu heb­ben wij een jaar proeftijd ingesteld en vullen deze als een oriëntatiejaar waarin d.m.v. kennis toevoeging een definitieve keuze kan worden gemaakt. Wanneer iemand dan verzoekt toegelaten te worden moet hij of zij beseffen, dat hij of zij in feite kiest voor een levens­wijze en filosofie voor het hele leven. Men kiest dus voor het ESSEEN-ZIJN.


De Essenen hebben diep respect voor de aloude gevestigde orden, voor hun inzettingen en ernstige pogingen in dienst van God om de mensheid dienstbaar te zijn zoals de Rozenkruisers, Vrijmetselaren en de Tempeliers (de beschermers van de Heilige familie).


“DE VREDE DES HEREN ZIJ MET U EN DE UWEN”

“AL-SALAM ALAIKOEM”